Bijnaam Louwke Poep

Treurende moeder. Weinig kennen de echte naam van het kunstwerk van Theo Blickx dat het monument der gesneuvelden siert. De treurende vrouw brengt hulde aan de moeders en rouwen die zonen en echtgenoten verloren in de oorlog. Het was ook typerend voor Blickx dat hij koos voor een simpel vrouwtje weggedoken in een kapmantel, in plaats van zoals in vele andere gemeenten voor een soldaat in een of andere heldhaftige pose.

De bijnaam kent wel iedereen: Louwke Poep. Niet iedereen is er even gelukkig mee dat het monument zo in de volksmond wordt genoemd, omwille van de toch enigszins negatieve connotatie die de bijnaam heeft. Anderzijds is het een volksoverlevering. Getuige het feit dat zelfs het merendeel van de Kapellenaren de echte naam niet kent. Er doen meerdere verhalen over hoe het kunstwerk aan zijn roepnaam kwam.

Er is de versie over een jonge, ongehuwde vrouw die op de hoek naast het beeld (waar nu De Veehoeve is) woonde. ‘Die huwde op nogal rijpe leeftijd met een soldaat”, schreef Staf Bogaerts, medestichter van Heemkring Hoghescote, ooit. ‘Vandaar dat de mensen zegden: ‘Louwke Poep’. Louwke die zich nog jong genoeg voelde om met een veel jongeren man in ’t bootje te stappen”.’ Bogaerts vertelde ook een tweede, vergelijkbaar verhaal over de bijnaam. ‘ In de vorige eeuw woonde in datzelfde huis een reeds bejaarde winkelierster die met haar jonge knecht scheep ging. Best mogelijk dat een oude jongedochter met veel geld nog wel een arme drommel in die voorwaarden aan de haak kon slaan.”

Een andere versie is een vuile. In de beginperiode stonden er hagen rond het monument. De vele cafés in de buurt maakte de caféklanten wel eens hun gevoeg deden tegen of in de haag. Vandaar het aspect ‘poep’. Anderzijds verklaart dit verhaal niet waarom Kapellenaren het steevast over Louwke (Poep) hebben. Daarom is de andere versie van de herkomst van de bijnaam, de enige juiste.

Het monument der gesneuvelden wordt immers al sinds 1926 Louwke Poep genoemd. En dat had alles te maken met de jonge vrouw die model stond voor het beeld. Ze heette Louisa en woonde aan de Essenhoutstraat in Kapellen. Zij was één van de enige Kapelse vrouwen die na Wereldoorlog I nog die typische Kempische kapmantel droeg. Ze reisde ontelbare keren naar Blickx atelier in Mechelen om te poseren voor Treurende moeder. Daarvoor werd ze trouwens ook betaald.

Die vrouw had als roepnaam Louwke, zoals wel meer voornamen in die tijd werden afgekort. Als bijnaam had de jongedame Louwke Poep. Die poep kwam van het feit dat ze enigszins met haar achterwerk achteruit liep. Bovendien, weet de overlevering, had ze feministische trekjes en als iets haar niet aanstond klopte ze demonstratief op haar achterwerk, in de zin van tarara

Meer valt er (voorlopig) niet te vertellen over de dame die model stond voor het Kapelse monument der gesneuvelden. Dat heeft vooral te maken met het feit dat de familie toendertijd, maar ook de nabestaanden toch een beetje beschaamd blijven over het feit dat zij betaald werd om te poseren in het atelier van Blickx. Heemkring Hoghescote kent het volledige verhaal van Louise Louwke wel, maar het wordt nog niet geopenbaard. In overleg met haar nabestaanden mag het wel helemaal worden verteld met nu dus nog niet.

Uit ‘Louwke’ Gemeente Kapellen. Het boek is uitsluitend te koop bij de gemeente, in het Admínistratief Centrum (Antwerpsesteenweg 130).
Kostprijs: 19,95 euro. Veel leesplezier. En als je nog een cadeautje voor onder de kerstboom zoekt …